Niet zomaar een natuurfilm
De documentaire Silence of the tides brengt de Waddennatuur en de – soms wringende – relatie met de mens indringend in beeld. Regisseur Pieter-Rim de Kroon en cameraman Dick Harrewijn werkten jaren aan deze film, waarin vogels uiteraard een belangrijke rol spelen. Vanaf 10 maart in de bioscoop te zien.
Voor Silence of the tides is gefilmd bij dag, bij nacht, bij windstilte, bij 39 graden Celsius, bij storm en bij Oostenwind met gevoelstemperatuur van -25. Niet alleen de Nederlandse Waddeneilanden, maar ook de Duitse en Deense eilanden komen in beeld. In de documentaire is geen voice-over en geen filmmuziek te horen. Toch heeft geluid een belangrijke rol. De film won het Wildlife Film Festival in Rotterdam.
Hoe kwamen jullie op het idee voor deze documentaire?
Regisseur Pieter-Rim: “De basis ligt in mijn fascinatie voor de getijden. Ik vind dat een magische cyclus. Dat is het kloppend hart van de film. Er zijn heel veel cycli: dag en nacht, leven en dood, en dan heb je nog de seizoenen: in het voorjaar komen de vogels massaal aan en in het najaar gaan ze weer weg. Zo zijn er heel veel processen die zich tot de getijden verhouden, die ik heb willen vertellen.”
Heb je al lang iets met de getijden?
Pieter-Rim: “Als klein jongetje kwam ik op Terschelling. Op het wad spanden we een lijntje tussen palen. Ter plekke staken we pieren uit als aas. Het was voor mij als jongetje een ontdekking wat er tevoorschijn kwam aan krabbetjes, torretjes, kreeftjes. En met laag water bekogelde ik mijn broertjes met modder.”
Cameraman Dick: “In de film komt zo’n soort ervaring terug in de vorm van kinderen die met kwallen spelen. Zo’n ervaring op jonge leeftijd kan de rest van je leven een connectie met de natuur geven. Ons doel was om de natuur dichtbij te brengen. Daarvoor hebben we vooral gebruikgemaakt van een groothoeklens en een 1000 millimeter telelens. Daarmee breng je vogels en zeehonden zo dichtbij dat het lijkt alsof je ze kunt aanraken. We hebben gebruikgemaakt van een techniek met een lenzensysteem dat ik zelf heb bedacht.”
Hebben jullie zo ook de vogels gefilmd?
Dick: “Ja. De Waddennatuur is verstoringsgevoelig. Om de lepelaarskolonie te filmen hebben we het eerste jaar de plek goed bekeken en een plan gemaakt samen met natuurorganisaties en natuurfilmexpert Marc Plomp. Het tweede jaar hebben we voordat de lepelaars terugkwamen camera’s geplaatst, zodat we ze daarvoor niet hoefden te verstoren.”
Pieter-Rim: “Silence of the tides is niet zomaar een natuurfilm. Flora en fauna spelen wel een grote rol, maar we richten ons ook op de fragiele relatie tussen mens en natuur. Een natuurfilm zonder mens vind ik lastig, want de mens is daar toch. En soms wringt het met ons en de natuur. Want al hebben we steeds meer respect voor de natuur gekregen, als we de kans krijgen, gaan we toch naar gas of olie boren.”
Maken jullie je zorgen over de Waddennatuur?
Pieter-Rim: “Het is een contrast: er wordt heel veel aandacht besteed aan het Waddengebied, er is veel reclame voor, meer en meer toeristen trekken naar de Wadden. Dat is goed voor de directe economie, maar of het goed is voor de natuur, is de vraag…”
Dick: “We willen allemaal wat met dat gebied. We willen massaal in bootjes varen, gasboringen doen, het broedgebied afzetten, maar ook kokkels vangen en militaire oefeningen uitvoeren. Alles moet in datzelfde gebied gebeuren. In de film heeft Pieter-Rim dat bewust allemaal naar voren gebracht.”
Zonder gebruik te maken van een voice-over…
Dick: “Je volgt de verhalen en vormt als kijker zelf een beeld.”
Pieter-Rim: “We hebben een visuele vertelstijl ontwikkeld voor deze film. Het is een bijna nederige manier van kijken. De camera beweegt niet. In de film ga je terug naar de basis: kijken en beleven. Eigenlijk wat je doet als je zelf op het wad bent. Dan staat er hopelijk ook niet iemand in je oor te toeteren wat je ervan moet vinden. Je wilt de natuur beleven in al zijn intimiteit, in al zijn grootsheid en weidsheid.”
Ook is er geen achtergrondmuziek
Pieter-Rim: “Natuurfilms hebben vaak vanaf seconde 1 tot de laatste seconde prachtig gecomponeerde muziek. Daardoor zijn de omgevingsgeluiden bijna niet te horen. Zelfs als het volledig windstil is op de Wadden – wat bijna nooit gebeurt – hoor je opeens het gegorgel uit de grond. Het blijkt het geluid van minuscule krabbetjes of kokkels die aan het spoelen zijn. Dat soort prachtig genuanceerd geluid hoor je niet als je een blik violen erachter zet. Hetzelfde geldt voor een miauw van een kiekendief, en de stilte die volgt als dat geluid weer weg is.”
Dick: “Vaak stonden er wel twee of vier microfoons op verschillende locaties. Als een tureluur op een paaltje zit en opstijgt, hoor je in de bioscoop ook hoe hij achter je verdwijnt.”